Column in De Standaard 18 maart 2016
Eigenlijk gaat dit raadsel over een chirurg. Maar omdat het Boekenweek is gaat het over een schrijver. Op een druilerige vrijdagmiddag slaat een schrijver de Boekenbijlage van de krant open en ziet een grote foto van een jonge debutant met de kop “Het grootste talent van de Lage Landen”. ‘Maar dat is mijn zoon!’ roept de schrijver verbaasd uit. Toch is de schrijver niet de vader van het succesvolle talent. Weet u de oplossing van dit raadsel?
De Boekenweek begint traditiegetrouw met het Boekenbal in de Stadsschouwburg van Amsterdam. Afgelopen vrijdag vierde het Bal zijn 65ste verjaardag. Thema van de Boekenweek 2016 is ‘Duitsland’ en de schouwburg was ingericht als een Duits cabaret uit het interbellum. De gastvrouwen van de CPNB, de Nederlandse tegenhanger van Boek.be, waren toepasselijk uitgedost in charleston-jurken met lange parelkettingen en deelden keulse watertjes uit. Het podium – want voordat het bal losbarst en 1500 mensen gaan dansen is er een voorprogramma voor de happy few – zag eruit als het Pfeffermühle Kabarett van Erika Mann, de dochter van Thomas Mann die zich met haar cabaret verzette tegen de nationaalsocialisten.
De Duits-Nederlandse zanger en entertainer Sven Ratzke ademt Berlijn tot in zijn poriën en is een uitmuntende David-Bowie vertolker. Hij stak de zaal peper in de kont en wist iedereen aan het lachen te krijgen. Zoals gebruikelijk werd er ritueel gemopperd op het niveau van het programma; voor wat bekend staat als het moeilijkste publiek durft toch ieder jaar weer iemand zijn kunsten te vertonen.
Duitsers belachelijk maken, daar zijn wij in Nederland goed in, maar dat is inmiddels zo passé. De Duitsers zijn nu zo’n beetje het geweten van Europa geworden. Daar had Sven het allemaal niet over. Hij had geen politieke agenda. Met zijn podiumgasten balanceerde hij perfect tussen ironie en sentiment en toonde vooral de Duitse liefde voor taal, literatuur en muziek. Hochkultur én Schlager. Duitse literatuur is cool.
Toch was er voor uw verslaggever-ter-plaatse iets politieks te vinden. De CPNB had mij namelijk strategisch in de zijloge geplaatst, waardoor ik prima uitzicht had op de tafeltjes waar de belangrijkste gasten mochten zitten: de schrijvers. Ik zag Lize Spit, Franca Treur, Nina Weijers, Maartje Wortel, Simone van Saarloos, Hanna Bervoets met hun vriendjes, vriendinnen, uitgevers en redacteuren aan de rode wijn. En vanuit mijn ooghoek zag ik op het eerste balkon in de koninklijke loge de koningin van het Bal, boekenweekgeschenkschrijver Esther Gerritsen naast haar zeer tijdelijke eega David van Reybrouck, de schrijver van het boekenweekessay.
Voor het eerst sinds 2002, dat is dus véértien jaar geleden, is dat een vrouw. Wel is de enige schrijver die liefst drie keer het Boekenweekgeschenk mocht schrijven een vrouw: Hella Haasse in 1994, 1959 en 1948. Haasse kreeg met gemak de ‘Grote Drie’ Hermans, Mulisch en Reve op de knieën.
Vrouwen dus, jonge schrijvende hemelbestormers, daar op de beste plekken in de pepermolen van het Boekenbal. De CPNB heeft een strikt plaatsings- en kaartbeleid, waardoor het feest ook de begeerde exclusiviteit behoudt, dus het kán geen toeval zijn dat de (jonge) mannelijke schrijvers naar de zijkanten geschoven zaten. En Vlamingen? Ja, natuurlijk worden de grote Vlaamse schrijvers uitgenodigd en geëerd. Maar, Vlaanderen: wordt het niet eens tijd voor een Vlaams Boekenbal? Een prachtige avond in de Boerlaschouwburg met een ijzersterk programma, een begeerd feest? Met als sterren Annelies Verbeke, Griet Op de Beeck en Saskia de Coster in jurken van Antwerpse topontwerpers? Kristien Hemmerechts als een Hella Haasse in de ereloge naast haar tijdelijke eega P.F Thomése? Ja, Vlaanderen: een eigen Boekenbal, niet voor lezers (sorry, lieve DSL lezers) maar alleen voor schrijvers en hun gasten. Exclusief, extravagant, elegant.
Heeft u inmiddels het raadsel (zie boven) opgelost? De schrijver is de moeder van de debutant.